De traktatie

Wie ben ik?
30 maart 2017
Ballast – Pasen
11 april 2017

Afgelopen winter kocht ik in een opwelling een soort grote plastic fles gevuld met zonnebloempitten. Een traktatie voor de vogels in de tuin, dacht ik en in mijn enthousiasme kocht ik er ook een flinke zak ‘navulzaadjes’ bij. Meteen ging ik thuis aan de slag met touw en schaar om de fles aan de roestige spijker in de buitenmuur te bevestigen. Tevreden bekeek ik het resultaat vanuit de woonkamer, vanwaar ik er een mooi zicht op had. Ik zou de vogels tijdens de barre wintermaanden perfect kunnen observeren terwijl zij zich tegoed zouden doen aan het lekkers dat ik toch maar mooi voor hen geregeld had. Nee, in mijn tuin zouden ze niets tekort komen.

Weken gingen voorbij maar een vogel was er niet te bespeuren rond mijn fles. De winter brak aan met zelfs enkele dagen sneeuw en vorst, maar het bleef angstvallig stil. Zelfs de altijd aanwezige, brutale kraaien waren nu in geen velden of wegen te bekennen. Ik snapte er niets van. Aan het eind van de winter hing de nog altijd goed gevulde fles vergeten tegen de muur.

Totdat het daar een week geleden, op een mooie voorjaarsdag, plots een drukte van jewelste was in mijn tuin. Een schare koolmeesjes en musjes had, tot mijn grote vreugde, eindelijk mijn fles ontdekt. Netjes op hun beurt wachtend, deden ze zich te goed aan de zaadjes. In hun gulzigheid strooiden ze eerst minstens tien zaadjes in het rond voordat er eentje in hun bek belandde. Uur na uur, dag na dag ging dat zo door.

In een week tijd kreeg ik mijn traktatie dubbel en dwars terug. Mijn terras was veranderd in één grolte puinhoop, bezaaid met zaadjes én met vogelpoep.  Abrupt rukte ik de fles van de spijker en veegde de boel schoon. Het is nu weer tijd dat jullie voor jezelf gaan zorgen, kleine monsters, dacht ik, niet meer zo blij. Volgende winter hang ik de fles pas weer op.
Maar ik had buiten de waard gerekend. Binnen een uur waren ze alweer terug, prinsheerlijk pikkend tussen de plantenpotten die onder de fles hadden gestaan en tussen de tuintegels. Waar ze eerst zo verkwistend waren geweest, waren ze nu heel zuinig aan het sprokkelen. Verwonderd constateerde ik dat ze het dus wel degelijk netjes kunnen.

De tuin is in ieder geval weer aan kant, klaar voor de lente. Alle zaadjes zijn hopelijk verdwenen, anders wemelt het hier straks ook nog van de muizen of onkruid.
Toch… het is zo stil. Ik mis iets… Misschien is het een idee om een vogelhuisje op te hangen aan de roestige spijker ofzo…

©irmamoekestorm

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.