Een goed recept

Als de haan kraait
24 januari 2019
De ware Jacob
26 januari 2019

Mijn moeder hield graag strak alle touwtjes in handen. Toen ik het huis uitging had ik nog nooit een fatsoenlijke maaltijd gekookt, terwijl ik juist dolgraag eens had willen experimenteren in haar keuken. Zo was het met alles. Ik wist amper hoe de wasmachine werkte en boodschappen voor een week had ik nog nooit in huis gehaald.

En zo is het nog steeds, ze is geen steek veranderd. Sinds een paar jaar heeft ze een hulp in de huishouding, maar stiekempjesweg bedient zij haar steeds van ongevraagd advies.
‘Gebruik je wel dit, let je daarop en vergeet je dat niet?’
Ik zou er horendol van worden, maar de hulp kent haar pappenheimers gelukkig.
Tafeltje-dek-je? Nergens voor nodig, eten koken kan ze nog prima zelf. Net zoals boodschappen halen.

Daarom verbaast me haar telefoontje ook zo. Niet het feit dát ze belt, maar waarover ze belt. Ze wil namelijk weten hoe ik mijn befaamde spruitjesstamppot maak. Mijn moeder, die mij om raad vraagt, over het onderwerp koken nog wel liefst!
Naast een dosis eigenwijsheid is moeder ook nog eens behept met een flink portie doofheid, een geweldig recept dus voor een hilarisch telefoongesprek…

‘Hoe maak jij je spruitjes klaar?’
Ik kan een glimlach niet onderdrukken.
‘Alles in één pan. Dat scheelt ook nog afwas,’ grap ik.
Tevergeefs, ze verstaat het niet. Ik kan maar beter geen grapjes meer maken door de telefoon dus.
‘AL-LES IN ÉÉN PAN.’
‘Oké, dan weet ik genoeg.’
‘NEEEE, DAT WEET U NIET,’ schreeuw ik bijna, bang dat ze de verbinding verbreken zal voordat ik goed en wel begonnen ben met mijn recept.
Langzaam en met mijn volumeknop op de hoogte stand geef ik de overige ingrediënten aan haar door.
‘Een bouil-lon-blok-je…’
‘Een bouillonblokje? Waarom? Kan het niet met zout?’
‘Nee ma, zo is het juist lekker. Verder wat melk en een beetje boter…’
‘Melk?’ zegt ze. ‘Dat hoeft niet, want ik heb jus.
‘Dat kan ook,’ zeg ik geduldig. ‘En wat ker-rie-poe-der.’
‘Dat heb ik niet in huis. Ik gebruik altijd nootmuskaat.’
Ja, dat weet ik inmiddels wel. Al haar gerechten worden rolyaal bestrooid met haar busje nootmuskaat. Ik zucht eens en zeg het dan toch: ‘U vroeg toch naar míjn recept?’
‘Wat zeg je?’ vraagt ze voor de zoveelste keer. ‘Weet je, ik versta je bijna niet en dat is best vermoeiend.’
Dat snap ik maar al te goed…
Toch kan ze het niet laten om te vragen of ik verder nog iets te vertellen heb.
‘Laat ik dat maar niet doen, want dat verstaat u toch niet.’
‘Wat zeg je?’

Mijn moeder, ze blijft me verbazen. Maar wat houd ik van dat eigenwijze mensje. Misschien omdat we – op de doofheid na – zo op elkaar lijken?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.