‘Pas op! Tegenleggers!’ brult papa door Blijdorp. Het is zijn standaardgrapje, wat hem geheid opgetrokken wenkbrauwen óf een schaterende lach oplevert.
Kennen, kunnen. Liggen, leggen. Dé valkuilwoorden voor mensen opgegroeid tussen Westland en Rotterdam. Maar papa vindt het juist leuk om er de draak mee te steken. Of misschien doet-ie het wel om te camoufleren dat hij er zelf ook moeite mee heeft.
‘Als jullie daar bij de apen gaan staan,’ geeft papa aanwijzingen voor een gezinsfoto. ‘Allemaal even lachen…’
‘Zullen we maar zo gaan staan, pap anders heb je last van tegenleggers én van tegenlegt.’
Een Rotterdamse schaterlach klinkt op.
Maar papa kan niet meelachen. Liever strijkt hijzelf met de eer. ‘Stelletje apenkoppen,’ moppert hij, ‘mij een beetje na-apen.’
Kort verhaal an precies 120 woorden met als themawoord ‘tegenlicht’.
Stemmen mag: als je dit verhaaltje waardeert, kun je een ‘hartje’ achterlaten (klik daarvoor op ‘de moeite waard’) op 120woorden
1 Comment
hahahaha