Tevreden zet ik de boodschappen in de kast; veel van wat ik nodig had, was in de reclame. Een groot luxe pak vaatwastabletten van een A-merk, dat ik normaliter niet zo snel koop, net als de koekjes, het broodbeleg en de chips.
’s Avonds doe ik een tablet, gevuld met een vloeibaar goedje in prachtige kleuren, in het bekende vakje van mijn vaatwasser. De volgende dag blinkt de schone vaat mij tegemoet en ik snuif de frisse, maar wel wat indringende, geur op.
Halverwege de week vraagt mijn man of we soms ook een ander merk koffie hebben. Dat is niet zo, de koffie is van mijn oude, vertrouwde merk. Hij blijft echter volhouden: de koffie smaakt al een paar dagen naar zeep.
En ja, nu hij het zegt… eigenlijk smaakt alles naar zeep en een sterke zeeplucht blijft ook mijn neus maar prikkelen.
‘Sterk spul, die nieuwe vaatwastabletten,’ zeg ik nog. Maar hij staat al bij het aanrechtkastje en daar wordt zijn vermoeden bevestigd… het zijn geen tabs voor de vaatwasser, maar voor de wasmachine…