Petje af (1 t/m 4)

Pinksterfeest
4 juni 2017
Gele trui
7 juni 2017

Deel 1

Rustig peddelde Harm richting het dorp. De zon brandde op zijn pet. Zijn vroeger zo volle haardos was aanmerkelijk uitgedund.

Toen hij een kano waarnam van bootverhuur VaartWeg werd hij nieuwsgierig en trapte harder op de pedalen. De kanoër keek schichtig over zijn schouder en zette ook vaart bij. Harm kreeg er lol in en zette doldriest de achtervolging in.
Totdat plotseling de kano wankelde en omsloeg. Er kwam niemand boven. Harm twijfelde geen seconde en dook de vaart in.

Hij zocht en zocht, maar zonder resultaat. Snel klom hij de kant op, pakte zijn fiets en spurtte naar het dorp om hulp. De zon brandde op zijn kale bol. Zijn petje dreef naast de omgeslagen kano als stille getuige.

 

Deel 2

Sylvia had een kano gehuurd bij bootverhuur VaartWeg en peddelde richting het dorp. Ze keek achterom en zag op het fietspad naast de vaart een vreemde snuiter met een raar petje als een dolle stier haar richting op komen.

Ze probeerde sneller te peddelen, maar het leek wel of ze geen millimeter vooruitkwam. De fietser naderde haar intussen met rasse schreden. Paniek overviel haar. Daardoor maakte ze een vreemde manoeuvre waarop de kano wankelde en kantelde. Onder water hield Sylvia zich schuil in het gat van de omgekeerde kano.

Toen ze uiteindelijk bovenkwam, was er niemand te zien. Ze draaide de kano, klom erin en voer terug naar VaartWeg. Ze keek nog eens achterom, maar er dreef alleen een petje.

 

Deel 3

Met twee agenten in zijn kielzog arriveerde een alweer kurkdroge Harm op de plaats waar de kano was omgeslagen.

‘Weet je zeker dat het hier was?’ Agent Van Wijk fronste bedenkelijk.
Harm speurde het water af. Er viel geen kano te bespeuren.
‘Ja, kijk, het gras is platgetreden precies op de plek waar ik mijn fiets had neergegooid.’
De twee agenten wierpen elkaar een veelbetekenende blik toe.
‘De kanoër is vast een onderwatertochtje gaan maken, op zoek naar de Peddelsnuitdraakvis,’ grapte Droevendaal. ‘Kom, we gaan.’

Maar Harm bleef staan. Alleen. Hij wist dat men hem ‘de dorpsgek’ noemde. Was hij echt gek? Vertwijfeld wreef hij over zijn kale bol. Maar toen zag hij het… zijn petje, drijvend op het water.

 

Deel 4

Sylvia peddelde zo hard ze kon. Met regelmaat keek ze achterom. Het petje op het water veranderde in een steeds kleiner wordend stipje totdat het uiteindelijk uit het zicht verdween.

Ze meerde de kano aan bij VaartWeg. Gerard hielp haar uitstappen.
‘Ik kap ermee. Zeg, heb jij soms een fietser gezien met een petje op?’
‘Er komen hier zoveel fietsers. Ik zou het niet weten. Waarom?’
‘Laat ook maar.’

Langzaam peddelde Sylvia in de richting van het dorp. In de vaart ontwaarde ze het stipje weer. De contouren namen gestaag een zekere vorm aan. Bij de plek waar haar kano was omgeslagen, gooide ze haar fiets in het al platgetreden stuk gras. Het petje dreef nog steeds op dezelfde plek.

 

Twee verhalen met een knipoog van elk precies 120 woorden met als themawoord ‘peddel’.
Stemmen mag: als je dit verhaaltje waardeert, kun je een ‘hartje’ achterlaten op de site van 120 woorden (via deze link en klik daar op ‘de moeite waard’)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.