De eerste druppels van het chemische goedje sijpelen mijn aderen in. Het zal me misselijk maken en ziek. Kaal zelfs. Het spul tast de goede cellen aan, maar evengoed de kwade; mijn enige kans op overleving.
De mevrouw naast me glimlacht. Om haar hoofd een sjaal, haar gezicht spierwit. Ook haar infuus druppelt. Het schept een band dat alleen zij precies weet hoe ik me voel.
Aan de andere kant van de muur, weet ik nog een meisje van vijftien aan een infuus. Helemaal alleen. Zij mag het niet weten. Niet weten dat ze kanker heeft.
Het is 1983.
Een UKV – Ultra Kort Verhaal van 99 woorden