Het kikkerkoor

Boekpresentatie ‘Leven in twee werelden’
17 juni 2019
Zomer in Nederland
25 juni 2019

De wekkerradio op mijn nachtkastje klokt 02.14 uur, in grote rode letters. Alles is in diepe rust. Nog een beetje slaapdronken, begeef ik me richting badkamer om me daarna weer lekker onder de lakens te nestelen.

Ik kan echter de slaap niet meer vatten. Alles in huis is dan wel in diepe rust, daarbuiten is het een kabaal van jewelste. Hoewel ik me suf kan ergeren aan een afzuigsysteem dat ‘s nachts aan het loeien is (nota bene een vrij monotoon geluid) erger ik me gek genoeg niet aan dit luidkeels geschreeuw. Gekker nog: ik heb er stiekem schik in.

Op enige tientallen meters van ons huis ligt een kleine vijver en daar huizen kikkers. Ieder jaar op dit tijdstip trakteert ‘Het kikkerkoor’ onze wijk een paar weken lang op een gratis concert. Overdag hoor ik ze ook weleens, maar dan wordt het gekwaak gedempt door de geluiden uit het dorp. Daarom lijkt het natuurlijk of ze ’s nachts helemaal uit hun dak gaan, niet gehinderd door andere rustverstoorders.

Ik grinnik om dit mannenkoor. Vrouwtjeskikkers kunnen namelijk niet kwaken. Het kwaken van de mannetjes is een lokroep bestemd voor de vrouwtjes, die nog moeten komen. Het is een hele toestand om een vrouwtje te bemachtigen: één van de dertig kikkers is maar van het vrouwelijk geslacht. Dus deze versiertruc is een zeer serieuze zaak.

Intussen vraag ik me af hoeveel kikkermannen er lid van het koor zijn. Gaat het om een tiental of om honderden? Geen idee, ik neig te denken dat het er honderden zijn, zo’n bombarie maken ze. Wat een blaaskaken!
In gedachte zie ik ze staan, netjes opgesteld in rijen. Hun wangen bollen, de één nog ronder de ander. Alles om maar indruk te maken op de vrouwtjes, die nog in geen velden of wegen te bekennen zijn. Als het gekwaak ophoudt, is dat het teken dat de vrouwtjes gearriveerd zijn. De vijver zal niet lang daarna gevuld worden met kikkerdril. Het gekwaak zal staken en heel veel mannetjes zullen teleurgesteld afdruipen. Pas volgend jaar wacht hen een nieuwe kans. Tot die tijd rest hen de modder.

Arme mannen, hoor ze nou toch kwaken. De vrouwtjes zijn er nog steeds niet. Hoe lang zal het nog duren voordat ze komen? Het liefst zou ik hen door het open raam toe willen roepen: ‘Blaas je toch niet zo op, straks begeeft je stem het, precies op het moment suprème! Er is nu toch geen vrouw die jullie hoort … Nou ja, behalve ik dan, maar ik heb verder geen interesse, hoor.’
Hoewel, hoe zat dat nu eigenlijk met het kussen van kikkers? Een mooi onderwerp om op mijn kussen over te dromen, denk ik nog, terwijl mijn ogen zwaar worden en het gekwaak niet meer bewust tot me doordringt.

Het gedicht in het plaatje dat ik geschreven heb, is een zogenaamd Elfje. Een elfje of elf is een gedicht van 11 woorden, verdeeld over 5 regels. De eerste regel heeft 1 woord, de tweede regel heeft 2 woorden enz. De vijfde regel heeft weer 1 woord en bevat meestal een samenvatting van het geheel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.